Adieu Algarve
Prachtige kusten, steile rotsen, schitterende baaitjes,
aangename strandjes, pittoreske stadjes met een veelal historische kern en een
landschap dat glooit en getooid met veel, heel veel groen en een grote
verscheidenheid aan bloemen. Om de Oceaan kan men niet heen, die is alom
aanwezig, soms woest met indrukwekkende golven die stuk slaan op de rotsen en
voor een spectaculaire aanblik zorgen, dan weer kalm met een lichte deining.
Voeg daarbij het warme en zonnige klimaat en alle ingrediënten voor een
plezierige vakantiebestemming zijn aanwezig. Ik heb het over de Algarve. Toch
maakt het een verschil waar je 'zit', tenslotte is de gehele zuidkust zo'n 250
km lang. Het westelijk deel is het rustigst en biedt de ruigste kusten, het
midden deel is druk, erg toeristisch, gericht op de zonaanbidder en biedt vele
mogelijkheden in het uitgaansleven en het oostelijk deel tot aan de
Spaans/Portugese grens is weer rustiger en op het oog minder toeristisch.
Kortom voor elk wat wils.
Wij waren tot ons genoegen terecht gekomen in het westelijk
deel. We hoopten er goed uit de voeten te kunnen met onze e-bikes. Niets bleek
minder waar. Fietspaden zijn er nauwelijks, je fietst langs de weg met de
Portugese automobilist als mede weggebruiker en dat is geen onverdeeld
genoegen. Als je levensmoe bent dan heb je een gerede kans dat je hier vrij
vlot de 'eeuwige jachtvelden' kunt opzoeken.
Daarentegen is het op de camping veilig toeven. Je treft er
een mengelmoes van belanghebbenden. Er zijn er die er al maanden hun domicilie
hebben, niet alleen Nederlanders, maar vooral ook veel Engelsen. De dagen die
wij er verbleven hebben zij niet of hooguit even de camping verlaten. Zij
hebben het allemaal al gezien, ze komen slechts om van de zon te genieten. Dan
het andere uiterste; zij die op zoek zijn naar al weer een nieuwe bestemming en
slechts een nacht de tijd hebben. En tenslotte zij die voor een paar dagen de
omgeving willen verkennen. Tot die categorie behoren wij.
De eerste groep, die z.g. langkampeerders, die zelden of
nooit van de camping komen, hebben alles in de gaten. Iedere nieuwkomer wordt
kritisch bekeken en in stilte beoordeeld. Niet zelden geven ze ongevraagd
advies; hoe, waar en waarom je op een door jou uitgekozen plaats wel of juist
niet moet gaan staan. En waag het niet hun advies in de wind te slaan, je wordt
voor de rest van je verblijf volstrekt genegeerd. En heus niet alleen door die
ene adviseur, maar ook door een door hem ingeseind aantal mede langkampeerders.
Je mag er op hopen dat dat laatste jou overkomt, dan heb je pas echt vakantie.
Indien je wel contact hebt gekregen, omdat je het advies
hebt opgevolgd dan ben je definitief de klos. Te pas en te onpas word je
opgezadeld met allerlei raadgevingen, zoals waar je de goedkoopste en dus de
lekkerste koffie kunt krijgen, waar je op een terras vriendelijk wordt bediend.
Waar je beslist niet moet gaan eten en waar wel, want daar is het goed en
goedkoop. Ik, wij staan niet te springen om deze informatie. We zoeken liever
onze eigen weg, kleunen heus wel eens mis bij de keuze van het een of ander.
Ach, dat is de charme van een vakantie en geeft weer stof voor een goed
gesprek.
Een mooie rit hebben we met de auto gemaakt naar de
uiterste zuidwestkust van Europa. Vanaf de camping door een landschap dat sterk
begroeid is met bomen, struiken, oleanders en wilde bloemen naar een landschap
dat onder invloed van de westelijke winden, dus vanuit zee, steeds kaler en
leger wordt met een begroeiing in de kleuren bruin en geel en niet nader te
definiëren. Een toeristische trekpleister van jewelste, die je eigenlijk als je
in de buurt bent, niet mag missen. Een adembenemend uitzicht over de Oceaan van
een hoogte van zeker een meter of vijftig, steile rotsen en diep beneden in de
blijkbaar hoge golven talloze surfers. En tot, in ieder geval mijn afgrijzen,
op de rand van de rotsen die werkelijk loodrecht vanuit zee omhoog rijzen,
zitten her en der verspreid van die mannetjes dood gemoedereerd met hun benen
bungelend over de rand en ook nog voor hun plezier te vissen. Ongelooflijk.
Het is voorts van oudsher een belangrijk strategisch punt.
Blijkbaar had men de illusie dat men op deze wijze de 'ingang' naar de
Middellandse Zee zou kunnen beheersen. Een burcht of fort kan men het gebouw op
de uiterste punt van Portugal met enige fantasie wel noemen. Tegenwoordig is
het een geweldige toeristische trekpleister. En daar waar toeristen zijn, kan
je eten, drinken en souvenirs kopen.
Dat je er bij een van de marktkramen 'de laatste Bratwurst
voor Amerika' kunt kopen is natuurlijk mooi meegenomen. Veel klandizie heb ik
er niet waargenomen. Misschien was het te vroeg op de dag.
Tot slot Lagos, een van de oudste plaatsen van de Algarve,
met een rijke en misschien ook wel een bedenkelijke historie. De oude
binnenstad is zeker de moeite van een bezoek waard. In de 15de eeuw kwamen in
Lagos de eerste slaven Europa binnen. De stad is voorts gekoppeld aan Hendrik
de Zeevaarder, grondlegger van Portugal als zeevarende natie. Hij stichtte in
Sagres een nautisch centrum en liet zowel in Sagres als in Lagos vele
zeeschepen bouwen.