De Fjoerrin
Vooraf
In alle gemoedsrust vroeg ik me af of er misschien een vuurtoren
staat (heeft gestaan) daar in Makkum. Maar nee hoor, niets van dat. Dan maar
eens navraag gedaan bij een van de bestuursleden van Loopgroep Makkum. De
Loopgroep is samen met de Oranje Vereniging van Makkum initiatiefnemer en
derhalve verantwoordelijk voor de organisatie van de Fjoerrin. Het zit zo; “ ‘t
Lopend Vuurtje” is het clubblad van de Makkumer Loopgroep. Met een beetje goede
wil is in “vuur en vlam” een oranje gloed te herkennen. Combineer dat met het
oranje van die andere vereniging en dan heb je vanzelf Fjoerrin. Je moet er maar
op komen, origineel is ’t wel..
Inschrijftafel |
Makkum heeft een rijke historie. Van oorsprong een Poort
naar de Zuiderzee en nam aldus een strategische positie in. Zo kon Makkum zich
ontwikkelen tot een belangrijk bedrijvigheids- en handelscentrum. De grote
bloeiperiode vond plaats in de 17de eeuw. Steen- en tegelbakkerijen
(Koninklijke Tichelaar) , schelpkalkovens en scheepswerven waren de pijlers.
Voor het vervoer over water lag Makkum ideaal. In de 18de eeuw
verzandde de kust met als gevolg dat langzaam maar zeker van de strategische
ligging niet veel meer over bleef. De visserij, niet geheel onbelangrijk, is
altijd wat ondergeschikt gebleven aan de overige bedrijvigheid. Geen vuurtoren
dus in Makkum. Het waarom is niet te achterhalen; men volstond met een of meer
lichtopstanden (lichtboeien) in de Zuiderzee.
Op 28 april vindt
voor de tweede keer dit wandel- en loopevenement plaats. Er is voor elk
wat wils. Wandelen 15 en 25 km en voor de trimlopers 5, 10 en 21,1 km. Elke
route voor de trimlopers is de moeite waard. De start is om 13.30 uur.
Loopgroep Sneek is vertegenwoordigd door Neelie, Kiki, Marcel, Peter, Bert en
Frank voor de halve, Hinke en Durk voor de 10 km en ......... voor de 5 km,
voor hem het vervolg op Start to Run. Neelie en Marcel lopen hun eerste halve!
Wat mooi
Wat was het een prachtige middag; zon, niet veel wind, een
parcours met een uitzicht dat zich laat vatten in slechts een kwalificatie:
adembenemend mooi! De weilanden grasgroen, hier en daar een akker, gisteren
blijkbaar geploegd, in de verte het silhouet van een “piepklein dorpje”,
verspreid liggende boerderijen, de walkanten van sloten en vaarten op de
zonkant met het geel van de paardenbloemen en een temperatuur van, voor ons
hardlopers ideaal, 10˚ C. Tot mijn grote verrassing ook nog een akker met bloeiende
tulpen. Dan moet toch een voorrecht zijn om daar te mogen hardlopen.
Op weg
Zo staan daar ...... hardlopers voor de vijf, de tien km en
de halve marathon. Ik wil vandaag proberen rond de 1.55 te lopen; dat komt neer
op een tempo van rond de 5.20 min de km. In afwachting van de start staan we niet
in stille aanbidding op het startsein te wachten. Neen, de meute trappelt,
zwaait wat met armen, draait wat met heupen, buigt knieën en er wordt vooral
heel druk gepraat. Veel ruimte is er niet, maar het is voldoende.
Het sein om te starten wordt gegeven. Ik loop en met mij al
die andere loopverslaafden naar de buitenkant van het dorp. Het is goed te
merken dat vrijwel iedereen nog zoekende is naar het juiste ritme. Het tempo is
erg onregelmatig. We zijn het dorp nog niet uit of voor mij ontstaat een grote
ruimte in het lopersveld. Ik weet het, dat zijn de echten, de snellen. De groep
waarin ik mij bevind ziet het met lede ogen aan, maar we leggen ons er hijgend
bij neer. Zij lopen tijden die voor ons niet zijn weggelegd. Als we de polder
in duiken zit de stemming in onze groep er goed in. Ik denk nog even aan
Marcel, Neelie en Kiki in de hoop dat zij vrolijk fluitend hun weg vervolgen. Ruim
voor Piaam slaan we linksaf. Durk en Hinke gaan rechtdoor. Wij zijn nog met een
man of tien. We wijzen elkaar op het mooie uitzicht en op de skyline van
Idsegahuizum. Bert, Peter, meeloper, een drietal van Loopgroep Bolsward en
Peters collega Durk en een onbekende. Nadat we het dorp achter ons hebben, gaan
we op weg naar Allingawier. Maar daar komen we niet; we slaan rechtsaf naar
Ferwoude. De wind hebben we pal tegen. Van de tien zijn er nog negen over. Het
tempo ligt rond de 5.10 min/km. Dat stemt mij tot grote tevredenheid. Op kop
worden de leeftijden uitgewisseld; twee boven de zestig en een er net onder;
daarachter “de jeugd”. De stemming blijft opgewekt, het tempo
Marcel en Nelie, debutanten op de halve marathon |
constant, net als
de wind, auto’s passeren en een enkele fietser peddelt ons tegemoet. Ferwoude
nadert met rasse schreden. Als we het dorp verlaten volgt het parcours het
fietspad, dat ons slingerend met iedere stap dichter bij de bevrijding brengt. De
man met de hamer weet ik nog ternauwernood te ontlopen. Hij stond er geheel
onverwachts aan het begin van het fietspad. Met de wind in de rug kan ik even
op adem komen. Dat heeft de achterhoede blijkbaar ook nodig. Van een gesloten
groep is al geen sprake meer. Ik gun me geen tijd om achter mij te kijken, maar
ik zie dat we nog met zijn vijven over zijn. Links een mooi drassig stukje
natuur met foeragerende vogels. We passeren
Gaast en dan lopen we onder de dijk over de weg naar Piaam, het is druk; veel
fietsers, een enkele wandelaar, geregeld auto’s en motoren. We pikken een jonge
dame op en nodigen haar uit om aan te haken. Ze is blijkbaar veel te snel
gestart en moet het nu bezuren. Ze houdt het een kilometer vol. Dan laten we
haar harteloos achter. Met het zicht op Makkum zijn we even later nog met zijn
vieren. Het tempo is weliswaar wat gezakt, maar met 5.15 min/km nog alleszins
aanvaardbaar. We weten dat we, als we de polder uitkomen, niet rechtstreeks
naar de finish, die dan op een 300 meter ligt, mogen. Om de 21,1 vol te maken
zullen we Holle Poarte nog moeten ronden. En om de moed er in te houden, want
de vermoeidheid begint wat op te spelen, wijzen we elkaar op een tweetal te
nemen horden: het strand en de klim in het natuurgebied. Even voor het strand
zijn we nog met z’n drieën.
Hinke tijdens de 10km |
Waterloo Dat
vermaledijde strand wordt bijna mijn Waterloo. Ik moet de twee Bolswarders laten
gaan. Ik heb geen tijd om de pest in te krijgen. Ik heb genoeg aan mezelf. Het
tempo is niet meer constant, met als dieptepunt een 5.37 min/km. Dat is nieuw
voor mij. Meestal heb ik aan het eind van een halve nog wel wat over om te
versnellen. Ik verlaat het zand in de hoop mijn ritme weer op te kunnen pakken.
Maar dat is ijdele hoop. Het blijft worstelen. Nog even links af het natuurpad
op. Omhoog. Wat een ellende! Was ik maar bij de finish en wat heb ik een dorst.
De Bolswarders hebben het blijkbaar ook even moeilijk, want ik loop iets in.
Tenminste dat denk ik. Ik leg me erbij neer dat het tegendeel waar is. Het
wordt overleven. Maar binnen ik vind opnieuw houvast. Een (jonge) vrouw en (jonge)
man lopen binnen gehoorsafstand. En met nog een kilometer te gaan, haal ik ze
in. Dat zorgt voor energie. De laatste 100 meter is geplaveid met rozen: vals
plat, nu niet omhoog maar weldadig aflopend.
Het zit erop. Het was een mooie route en een prettig
gezelschap. Ik wacht op de anderen. Peter arriveert, even later Bert en nog wat
later Neelie en Marcel en tenslotte Kiki. Voor Marcel en Neelie was het de
eerste halve marathon, hulde. Jammer, dat niet meer lopers de moeite genomen
hebben om hier mee te doen.
Meeloper foto's Jan Werhoven en Jan Koornstra
Uitslagen Fjoerrin 28 april 2013
21km Frank Klasen 1:48:27 Peter Yntema 1:51:43 Bert Rienstra 1:53:13 Nelie Jasper 2:06:40
Marcel Swart 2:06:41 Kiki de Boer 2:24:17 10km Durk Brouwer 57:35 Hinke Ozinga 1:05:01
5km Dave de Jong 28:33
Geen opmerkingen:
Een reactie posten