Trainen

Loopgroep Sneek traint op de dinsdagavond 19:30-20:45, donderdagochtend 09:00-10:15, donderdagavond 19:30-20:45, zaterdagochtend 09:30-10:45, locatie Zeilsoos-Sneeker Jachthaven. Zondagochtend, clinictrainingen.

Loopgroep IJlst traint op de woensdagavond 19:30-20:45, locatie Sporthal Utherne.

Proeftraining of informatie: rnwths@gmail.com

dinsdag 19 maart 2013

LOPEN IS PLEZIER



Hardlopen is al jaren populair. Het past in deze tijd. We hebben het druk met werk, met het gezin, met familie, met vrienden en kennissen. We zijn op zoek naar ontspanning en we proberen gezond te leven. Bewegen moet volgens de deskundigen. Hardlopen levert mentale ontspanning, het draagt bij tot een gezonde leefstijl, het kan helpen om af te vallen en/of om je gewicht op peil te houden. Beginnen met hardlopen vereist enig doorzettingsvermogen. Start to Run is een verantwoorde manier om met hardlopen te beginnen. Na verloop van tijd ervaar misschien hetzelfde als..............
Het is maart; het is ongemeen koud en guur. Het is kortom onaangenaam. Dit jaar is het nog erger dan andere jaren. Het voorjaar dient zich op geen enkele manier aan. Geen buitelende kievieten boven de weilanden, geen gegrutto hoog in de lucht en zelfs de hazen laten zich nauwelijks zien in het land. Als je naar

Groepsfoto Start to Run en clinics 5km
buiten gaat, is het maar de vraag of je droog thuis komt. Het regent geregeld en niet zelden sneeuwt het. En om het helemaal compleet te maken waait het vaak ook nog stevig. Daar sta, of misschien zit je dan als liefhebber van hardlopen. Je kijkt naar buiten. De lust vergaat je. Het is grijs en grauw, de wind is guur en de mensen die op straat zijn te vinden, zijn er omdat het moet. Diep weggedoken in de winterjas, handschoenen aan en muts op. In je hoofd speelt er op dat moment maar een gedachte. “Over anderhalve week ga ik een halve marathon lopen. Dus.....”. Tja, je moet nog wat trainingsarbeid verrichten, want anders wordt het niks. Je kijkt nog maar eens naar buiten en stelt vast dat het regent. Je vermant je en je gaat je verkleden. Tight aantrekken, daar is geen twijfel over mogelijk. Een thermo hemd en dan een shirt met lange mouwen en tenslotte een jack, wind dicht. Natuurlijk trek je een paar handschoenen aan en zet een muts op.  
Daar ga je. Gelukkig kom je de eerste paar honderd meter geen levend wezen tegen, maar de wind wel. Als je een hoek om gaat, krijg je de volle laag. Je benen worden bijna onder je vandaan geslagen. Maar je laat je niet kennen en je vervolgt je weg. Je brengt je ademhaling op orde, je probeert je romp goed te strekken en je laat je armen hun ondersteunend werk doen; vanuit de schouders en in een hoek van 90˚ tussen boven- en onderarm. In het begin heb je het koud, maar al gauw ben je opgewarmd. Je groet een bekende aan de overkant van de straat die de hond uit laat. Je ontwijkt de plassen en kijkt goed uit voor stoepranden en 

Groepsfoto clinics 10km
paaltjes. Eenmaal in het buitengebied heb je daar geen last meer van. Het begint licht te sneeuwen. Even denk je: “waar ben ik aan begonnen?” Maar die gedachte is van korte duur. Je loopt in een rustig duurloop tempo en het gaat best lekker met de wind schuin achter. De sneeuw blijft hier en daar een klein beetje liggen. Het fietspad waarop je loopt, is blijkbaar onlangs nog gestrooid, want glad wordt het niet. Af en toe laat jij je blik over de weilanden gaan. Een paar schapen hokken dicht tegen elkaar aan. Ze kijken je meewarig aan. Even verder op zitten twee zwanen in de middle of nowhere. Ze lijken geen last te hebben van het weer. Jij loopt. Af en toe kijk je even op je horloge; je let op tempo en afstand. Het gaat nog steeds lekker zo voor de wind. Maar je weet dat je terug moet. De weg buigt na zo’n 7 tal kilometers naar rechts. Even later begin je aan de terugweg. Je hebt de wind nu tegen; gelukkig sneeuwt het niet meer. De wind is koud en dat voel je, vooral in je gezicht. Het is niet anders, je moet tenslotte weer naar huis. Je loopt voor wat je waard bent. Je probeert het tempo vast te houden en dat lukt je vrij gemakkelijk. Toch komt die man met de hamer nog even langs. Op het deel van het traject zonder enige beschutting en daar waar het asfalt  van het fietspad over gaat in tegels zijn er veel kuilen en oneffenheden. Het loopt ook nog schuin, in de breedte, zodat je het gevoel hebt dat je ene been te kort is en het andere te lang. Je voelt het goed in je heupen. Je begint in je zelf te mopperen, je vervloekt de gemeente omdat ze wel de wegen, maar niet de fietspaden onderhouden. Het ontbreekt er maar net aan of je krijgt medelijden met jezelf. Je denkt aan thuis, aan de warmte, aan een kop koffie. Je moet voort. Maar net zo onverwachts dat je werd getroffen door de hamer is je ellende ook weer voorbij. En naarmate je dichter bij huis komt, kom je in een beter humeur. Je hebt het hem toch maar geflikt, je bent blij dat je bent gegaan. Na ruim 14 kilometer loop je de straat in waar je woont. Je wandelt het laatst stuk. Het begint opnieuw te sneeuwen. Een voldaan en euforisch gevoel maakt zich van je meester. Eenmaal binnen in huis zijn het je huisgenoten die hun medelijden niet onder stoelen of banken steken. “Was het koud? Ja, het was koud, maar goed te doen”. Blikken van ongeloof zijn je deel. “Ik heb lekker gelopen. Man, je bent zeiknat. Tja, dat weet ik ook wel”, is je antwoord. Ze geloven je niet als je nogmaals vertelt dat het veel minder erg was dan zij vermoedden. Je drinkt een paar glazen water en stapt daarna “vrolijk fluitend” onder de douche. Even later onder het genot van een kop koffie weet je een ding zeker: Je bent een bevoorrecht mens dat je kunt (hard)lopen.
Meeloper

Geen opmerkingen:

Een reactie posten